De kunst van het opvoeden, Jack Fila, Jeroen J.H. Dekker en Yolande Wildschut (red.)

kunstvhopvoedenRecensent: Vera Weterings

De kunst van het opvoeden, Jack Fila, Jeroen J.H. Dekker en Yolande Wildschut (red.)

Walburg Pers (Zutphen 2013)
ISBN 978 90 5730 920 5

Genaaid gebonden, rijk geïllustreerd in kleur, literatuurlijst en verantwoording voor  afbeeldingen
128 pagina’s
€24,95

 De kunst van het opvoeden

De Kunst van het opvoeden is onderdeel van het gelijknamige multimediaproject waarbij er naast het boek ook een NTR televisieserie, tentoonstelling, radio-uitzending en internetcursus is georganiseerd. De auteurs van het boek en andere betrokkenen hebben een gevarieerde achtergrond die aansluit bij dit multimediaproject. Over het algemeen zijn de betrokkenen afkomstig uit verschillende achtergronden, waaronder de geschiedenis, de museale wereld, de televisiewereld en de pedagogiek. Het boek biedt een overzicht van de opvoedkundige ontwikkeling in Nederland vanaf de Gouden Eeuw.

Jack Fila (1955) is scenarioschrijver en programmamaker. Hij ontwikkelde zijn interesse voor geschiedenis en identiteit tijdens zijn studie cultuurpsychologie in Nijmegen. Jeroen J.H. Dekker (1950) is hoogleraar grondslagen van de pedagogiek aan de Universiteit van Groningen. Van zijn hand verschenen eerder publicaties over de sociale en culturele geschiedenis van het onderwijs, kinderen in gevaar, de kindertijd en ouderschap. Yolande Wildschut is documentairemaker bij de KRO en multimediaprojectleider van ‘De kunst van het opvoeden’. Daarnaast heeft ze ook de redactie van het boek verzorgd.

Het boek sluit goed aan op de gelijknamige tentoonstelling in het Dordrechts Museum, veel schilderijen en thema’s die in het boek worden besproken komen terug in de tentoonstelling. Denk hierbij aan thema’s als familie, moederschap, vaderschap, de ideale opvoeding, veiligheid, school, spelen en feest. Er is minder overlap tussen het boek en de televisieserie, dit omdat het boek met name teruggrijpt op de geschiedenis van het opvoeden en de symboliek in de schilderkunst bij werken met kinderen, gezinnen en onderwijzers. De tentoonstelling gaat daarentegen niet zozeer in op de geschiedenis als wel op de connectie tussen het verleden en het heden.

Aan de hand van prachtige kleurenillustraties van schilderijen beginnend bij de Nederlandse beeldende kunst van de late zestiende eeuw tot nu wordt de lezer meegenomen op een reis door de ontwikkeling van de opvoeding door de eeuwen heen. Op basis van de verschillende schilderijen en tekeningen wordt het verhaal verteld van de mentaliteitsgeschiedenis van opvoeding en kind. Werken van onder meer Jacob Cuyp, Rembrandt van Rijn, Ferdinand Bol, Arent de Gelder, Gerard Terborch, Jan Steen, Cornelis Troost en Jozef Israëls sieren het boek.

Het is een verrijking voor de lezer dat het verhaal dat in het boek verteld wordt een compilatie is van historische, kunsthistorische en pedagogische kennis. Conservator van het Dordrechts Museum, Sander Praalberg, gaat in het boek dieper in op de symbolische betekenis van verschillende kunstwerken. Zo wijst hij op de betekenis van de bokkenkar, deze verwijst naar het opvoeden van jongens en het leren beheersen van driften en begeerten. Ook blijkt dat het afbeelden van overleden gezinsleden heel gewoon was, dit omdat de overledene ook na de dood nog onderdeel van het gezin bleef. Anjers op schilderijen verwijzen naar de jeugd en de vergankelijkheid en korte duur ervan.

Zoals de titel al suggereert komt de lezer er tijdens het lezen achter dat opvoeden en kunst met elkaar te maken hebben. Opvoeden op zichzelf is een kunst, maar ook het thema opvoeden in de kunst wordt in het boek behandeld. In kunstwerken vanaf de Gouden Eeuw worden veel opvoedingsidealen verbeeld. In de schilderkunst is dit te zien in de werken van onder andere Jan Steen, Rembrandt van Rijn en Nicolaes Maes, in literaire werken zien we sporen terug bij Jacob Cats en Hiëronymus van Alphen. Duidelijk is hoe de ouders betrokken waren bij de opvoeding en hoe speels deze betrokkenheid zich kon tonen. Vele werken laten met een glimlach zien hoe de moralistische opvoedkundige boodschap tot uiting wordt gebracht. Het zijn geen strenge sobere werken, zoals misschien te verwachten is door het voornamelijk calvinistische geloofsdenken in Nederland door de eeuwen heen.

In de verschillende hoofdstukken worden de positieve en negatieve kanten van de opvoedgeschiedenis belicht. De moralistische werken van Jacob Cats, oftewel Vadertje Cats, komen aan bod als een voorbeeld van didactische gedichten die dienst doen als wijze lessen over hoe het hoort. Daar tegenover staat Jan Steen, die in het werk wordt behandeld als een schilder die met zijn kunst laat zien hoe het juist niet hoort. Een goed voorbeeld hiervan is Het vrolijke huisgezin (1668).

Na het lezen van dit boek kan de lezer niet meer om het feit heen dat opvoeden overal in de kunst aanwezig is, dit wordt door het aanhalen van de vele kunstwerken als voorbeelden in de tekst maar al te duidelijk. Een mooie aanvulling aan het geheel is het laatste hoofdstuk van het werk. Hierin wordt in vogelvlucht de geschiedenis van het opvoeden beschreven en daarmee ook gedeeltelijk een samenvatting gegeven van de kennis over de opvoedkundige ontwikkeling die in de voorgaande hoofdstukken  aan bod kwam.

Al met al is De kunst van het opvoeden een prachtig overzicht van de opvoedkundige ontwikkeling door de eeuwen heen vanaf de Gouden Eeuw. Het boek is opgedeeld in korte hoofdstukken die elk los te lezen zijn, maar samen een mooi geheel vormen. De tekst is vlot geschreven en daarmee voor zowel de cultuurliefhebber als de historicus aantrekkelijk. Wie een gedetailleerd onderzoek van de pedagogische geschiedenis verwacht, zal met dit boek worden teleurgesteld. Daar is het boek ook niet voor bedoeld, het is simpelweg een overzichtswerk dat dient als extra achtergrondinformatie over de opvoedkundige geschiedenis van Nederland en de aanwezigheid van opvoeden in de kunst. Hiermee is het een prachtige aanvulling op de tentoonstelling in het Dordrechts Museum en de NTR televisieserie doordat alle drie de projecten door middel van de kunst met elkaar overlappen en daarmee op elkaar aansluiten.

Vera Weterings

De tentoonstelling De kunst van het opvoeden is nog tot en met 15 september 2013 in het Dordrechts Museum te zien. De gelijknamige televisieserie is 28 april 2013 gestart.

Actueel is er veel aandacht voor de ontwikkeling en opvoeding van kinderen, middels dit boek en de gelijknamige NTR televisieserie en tentoonstelling in het Dordrechts Museum. Toch is de geschiedenis van criminele kinderen in Nederland nog grotendeels onontgonnen terrein. In het eerste themanummer van Acta Historica wordt aan de hand van een aantal artikelen ingegaan op dit onderwerp.

One thought on “De kunst van het opvoeden, Jack Fila, Jeroen J.H. Dekker en Yolande Wildschut (red.)

  1. Pingback:

Comments are closed.