Recensent: Wouter van Dijk
Architect en kunstenaar Michel de Klerk. Inspirator van de Amsterdamse School, Ton Heijdra en Alice Roegholt
Museum Het Schip, Amsterdam 2023
ISBN: 9789082921168
Paperback, rijk geïllustreerd in kleur, met noten en literatuuropgave
176 pagina’s
€ 27,50
Het leven van Michel de Klerk
Michel de Klerk (1884-1923) staat wijd en zijd bekend als de belangrijkste Amsterdamse Schoolarchitect. Als geestelijk vader van imposante woningbouwprojecten als De Dageraad en Het Schip kwam hij nationaal en internationaal bekend te staan als belangrijkste Nederlandse exponent van deze expressionistische bouwstijl. In Museum Het Schip, gewijd aan deze architectuurstijl, is momenteel een tentoonstelling te bewonderen over leven en werk van De Klerk. Bij de tentoonstelling verscheen deze publicatie over hem.
Michel de Klerk werd in 1884 geboren in een joods Amsterdams gezin in de buurt van het Waterlooplein. Zijn vader was diamantslijper, een specialistisch beroep, maar wel een vak dat aan sterke conjunctuurwisselingen onderhevig was. Stokte de import van diamanten dan verdween het werk als sneeuw voor de zon. Amsterdam-Oost was naast een ‘joodse’ buurt ook een ‘rode’ buurt. Veel geassimileerde joden waren actief in de vakbeweging (de diamantslijpers richtten in 1894 de eerste moderne vakbond van Nederland op) of voor de sociaaldemocratische arbeiderspartij (SDAP). Ook De Klerk droeg de arbeidersbeweging een warm hart toe, net als veel van zijn collega-architecten van zijn generatie. Het is mede daardoor dat de Amsterdamse School sterk verbonden is met socialistische idealen. Door het bouwen van niet alleen goede maar ook esthetisch mooie woningen wilde men het bestaan van deze groep Nederlanders verbeteren. Het zien van schoonheid is goed voor de geest was daarbij de gedachte. Een opvatting die gesterkt zou worden door de reacties van de mensen die in de Amsterdamse Schoolwoningen kwamen te wonen.
De Klerk ontving als jongeling geen formele scholing in het architectenvak, maar ontwikkelde zijn kennis en kunde door avondstudie toen hij al werkte. Hij had van nature tekentalent, en de mare gaat dat via via Eduard Cuypers, die een goedlopend architectenkantoor runde, een van De Klerks tekeningen onder ogen kreeg en hem daarop uitnodigde op zijn kantoor te komen werken. Hoe het ook zij, eenmaal werkzaam bij dit bureau voelde De Klerk zich als een vis in het water. Hij ontmoette er leeftijdsgenoten als Piet Kramer en Joan van der Meij, die later ook in de Amsterdamse Schoolstijl zouden gaan ontwerpen. Naast zijn professionele werk als architect, bleef De Klerk in zijn vrije tijd tekenen. Zo portretteerde hij menig kunstenaar, natuurlijk mede-architecten maar ook de schilder Jan Toorop en de dichteres/schrijfster Henriëtte Roland Holst. Het avantgardistische tijdschrift Wendingen wijdde verschillende edities aan het ontwerp- en tekenwerk van De Klerk.
Prachtig om te zien in het boek zijn de groot afgedrukte ontwerpen die De Klerk maakte als inzending voor verschillende tekenwedstrijden. Het zijn veelal nooit uitgevoerde ontwerpen voor bijvoorbeeld een hotel, een verenigingsgebouw, een watertoren of een rouwkapel op een begraafplaats. Ook naar verluidt De Klerks ‘eerste’ als zelfstandig architect gebouwde woning ontbreekt niet in het boek. Het is een huisje in Uithoorn, dat onlangs gerestaureerd is door de Vereniging Hendrick de Keyser. Vanaf 1912 raakte De Klerk betrokken bij de bouw van het majestueuze Scheepvaarthuis, en in 1913 volgde zijn werk voor het Hillehuis in de Spaarndammerbuurt. Het was in dit deel van Amsterdam dat De Klerk zijn beroemdste woningblokken zou bouwen, waarvan Het Schip de grootste faam van allemaal zou genieten. Na voltooiing kwamen uit de hele wereld architecten kijken naar dit staaltje moderne architectuur.
Naast zijn ontwerp- en portretwerk was Michel de Klerk een echte ‘gesamtkunstenaar’ in de traditie van Berlage door ook interieurontwerpen voor zijn rekening te nemen als dat zo uitkwam. Zo ontwierp hij lampen, stoelen, tafels, kasten en zelfs boekcovers. Ook dit deel van De Klerks werkzame leven komt in het boek uitvoerig aan bod, net zoals de invloed die De Klerks werk na zijn vroege dood aan een longontsteking in 1923 had. Naast zijn monumentale gebouwen is het wellicht zijn vroege dood geweest die hem mede zo’n mythische status in het pantheon van de Amsterdamse School heeft gegeven. Zo werd hem immers grotendeels bespaard ‘om den brode’ in zakelijker stijl te gaan bouwen toen de expressieve Amsterdamse Schoolstijl eenmaal uit de gratie raakte onder invloed van Het Nieuwe Bouwen.
Wouter van Dijk