Een van de steden die in de beginperiode van de Nederlandse Opstand, later Tachtigjarige Oorlog, belegerd werden was Woerden. De koninklijke troepen sloegen het beleg om de stad op 5 september 1575 maar zouden de stad nooit innemen. Op 10 september 1576 werd het beleg opgeheven. Van deze gedenkwaardige gebeurtenis in de geschiedenis van de stad werd zo’n 25 jaar na dato een schilderij gemaakt dat bekend staat als het ‘Beleg van Woerden’.
Dit schilderij, olieverf op houten panelen, beeldt de belegerde stad Woerden uit met daaromheen de zeven schansen die de Spaanse troepen om de stad opgeworpen hadden. Het beleg kwam voor de Woerdenaren niet als een verrassing. Eerder waren de koninklijke troepen voor Oudewater verschenen en hadden na de val van deze stad verschrikkelijk huisgehouden. De brandschatting van de stad kwam bekend te staan als de Oudewaterse Moord. Toen hierna het leger van Filips II voor Schoonhoven verscheen koos deze stad eieren voor haar geld en gaf zich zonder slag of stoot over. Dit was men in Woerden niet van plan. Ruim van tevoren werden grote voedselvoorraden in de stad aangelegd, wierp men extra verdedigingswerken op en werd het gebied rondom de stad onder water gezet. Ook werden huurlingen geronseld om de stad naar behoren te kunnen verdedigen. In de richting van Gouda wierp men een schans op waarmee met platbodems het geïnundeerde land kon worden bevaren om zo de stad vanuit Gouda te kunnen blijven bevoorraden. Het Spaanse net om de stad sloot zich dus niet helemaal.
Dat Woerden besloot zich te verzetten kwam niet uit de lucht vallen. Al vrij vroeg, in 1572, had Woerden de kant van de opstand gekozen. In de stad was een actieve protestantse gemeenschap aanwezig, die hierin zeker een rol heeft gespeeld. Uitzonderlijk genoeg niet van calvinistische snit maar van de lutherse gezindte. De koninklijke troepenmacht was zo’n 14.000 soldaten groot, en bestond behalve uit Spanjaarden uit Duitsers en Walen. De Staten van Holland en de Prins van Oranje waren blij met het Woerdens verzet, maar het lukte niet om een ontzettingsmacht op de been te brengen om het Spaanse beleg te breken. De belegerden hadden profijt van de hoge waterstand, waardoor ook in de zomermaanden de inundatie rondom de stad intact bleef, ook het uiteindelijke doorsteken van de IJsseldijk in augustus 1576 droeg daaraan bij. Het werd aan de goddelijke voorzienigheid geweten dat mede door deze hoge waterstand volop vis te vangen was in het water in en rondom de stad. Een fijne aanvulling op het karige dieet van de belegerden. Vooral snoeken waren in overvloed aanwezig. Deze onverwachte vistoevoer kwam bekend te staan als het Wonder van Woerden.
Aan de heroïek van het beleg kwam uiteindelijk vrij prozaïsch een einde; de Spaanse troepen rondom de stad werden in september 1576 teruggeroepen richting Vlaanderen omdat daar muiterij was uitgebroken. De betalingsproblemen die de Spaanse koning ook later in de oorlog nog zoveel hoofdbrekens zou bezorgen speelde ook in het geval van Woerden een beslissende rol in het doorbreken van de patstelling.
Hoewel de precieze ontstaanscontext van het schilderij ‘Beleg van Woerden’ niet bekend is, wordt ervan uitgegaan dat het werk is geschilderd in opdracht van het stadsbestuur. Voor zover bekend heeft het schilderij altijd in de vroedschapskamer van het oude stadhuis van Woerden gehangen. Een schilderij van Cornelis Springer uit de 19e eeuw laat zien dat het daar ook in de 19e eeuw hing. Gisteren werd tijdens een feestelijke bijeenkomst in het historische stadhuis gevierd dat de restauratie van het ruim 400 jaar oude werk is afgerond, en werd het gerestaureerde schilderij onthuld door burgemeester Molkenboer. In dit voormalige stadhuis is tegenwoordig het Stadsmuseum Woerden gevestigd. De aanleiding voor de restauratie was de overdracht van het beheer van de gemeentelijke kunstcollectie aan het museum enige tijd geleden, waarna men bij het museum de waarde inzag van dit schilderij en via fondsenwerving de restauratie mogelijk heeft gemaakt.
Restaurator Hans van Dam vertelde voorafgaand aan de onthulling over de restauratie van het schilderij, waaruit bleek dat het werk aan het eind van de 19e en in het midden van de 20e eeuw ‘gerestaureerd’ en aangepast is. Dit is eufemistisch gezegd niet zo fijnzinnig gedaan. Grote vlakken waren met grove kwaststrepen overschilderd waardoor verschillende tafereeltjes op het werk verborgen waren geraakt. Zo kwamen bij de restauratie verschillende figuurtjes, bosschages en zelfs een galg met bungelend lijk weer tevoorschijn. Het schilderij hangt nu weer op zijn zo lang vertrouwde plaats in de vroedschapskamer van het oude stadhuis en is daar tijdens een museumbezoek aan het Stadsmuseum Woerden voor iedereen te bewonderen.
Wouter van Dijk