Het filmen van de Spaanse Burgeroorlog

Joris Ivens, Ernest Hemingway en Ludwig Renn, Spanje c. 1936-1937
Joris Ivens, Ernest Hemingway en Ludwig Renn, Spanje c. 1936-1937

Propaganda speelde een grote rol in de Spaanse Burgeroorlog. De Nationalisten wilden de oorlog als een strijd van orde en christendom tegen het goddeloze communisme voorstellen, en werden daarbij gretig door de rooms-katholieke kerk geholpen, tot aan de paus in Rome toe. De Republikeinse regering wilde juist een beeld van de strijd als gevecht tussen dictatoriaal fascisme en democratie de wereld insturen.

Beide zijden vonden internationaal medestanders voor hun zaak, zo deed de brief die de Spaanse bisschoppen naar hun buitenlandse collega’s stuurden in juli 1937 Franco’s zaak veel goed. De brief was in feite een christelijke apologie voor de militaire revolte van een jaar eerder en zorgde ervoor dat veel Europese bisschoppen de Nationalistische zaak onderschreven. Een belangrijk aspect in de Republikeinse propaganda betrof de tegenstelling tussen een terugkeer naar het feodale verleden en het verdergaan op de ingeslagen weg van moderniteit en maatschappelijke hervormingen. Het was met dit thema dat een internationale groep sympathisanten van de Republiek aan de slag ging met als doel een propagandafilm te maken die de internationale steun voor de Spaanse regering zou moeten bevorderen.

spanish_earth_2Met dit doel richtte een aantal bekende schrijvers in december 1936 de Contemporary Historians op, deelnemers waren onder andere John Dos Passos, Archibald MacLeish, Lillian Helman en Ernest Hemingway. De Nederlandse filmmaker Joris Ivens zou de film gaan maken. Waar aanvankelijk vooral Dos Passos en MacLeish zich bezighielden met het script voor de film, ging Hemingway zich er later ook mee bemoeien. Er was onenigheid over het precieze onderwerp van de film, Dos Passos wilde zich richten op de achtergronden van het uitbreken van de oorlog; de slechte situatie van de Spaanse landarbeiders, het onevenredig verdeelde grondbezit en meer maatschappelijke oorzaken. Hemingway was voorstander van een echte oorlogsfilm, die het vooral van gevechtsbeelden zou moeten hebben om de kijker te laten zien wat er daadwerkelijk gaande was in Spanje.

Uiteindelijk werd een middenweg gevonden en werden in de film zowel gevechtsbeelden verwerkt als scenes afkomstig van het thuisfront. Hiervoor werd gekozen voor het dorpje Fuentidueña de Tajo. De beelden hiervan tonen onder andere het bewerken van het landbouwareaal en de collectivisering van bijvoorbeeld de voedselvoorziening. Het achterliggende verhaal vertelt hoe de inwoners door het aanleveren van goederen de mannen aan het front ondersteunen bij hun strijd tegen de aanvallende rebellen en hierin ook succesvol zijn; aan het eind van de film worden de aanvallers verdreven en is het irrigatieproject waaraan in het dorp werd gewerkt voltooid.

the_spanish_earthTijdens de opnames raakten Hemingway en Dos Passos gebrouilleerd, zozeer zelfs dat Hemingway en Ivens, die als goed communist de kritische Dos Passos ook steeds slechter kon verdragen, besloten samen de film af te maken en Dos Passos erbuiten te laten. Dos Passos had zich namelijk meer dan eens kritisch opgesteld tegenover de ontwikkelingen in het Republikeinse kamp waarbij de communisten steeds meer macht naar zich toe trokken en er steeds vaker Republikeinen met andere ideeën spoorloos verdwenen. Hemingway was wat dat betreft wat goedgeloviger en vond Dos Passos destijds maar een onruststoker. Aanvankelijk werd besloten dat Orson Welles de voice-over van de film zou inspreken, maar na enkele vertoningen van de film vond men toch dat het geheel wat rauwer moest, Welles’ accent was te beschaafd en bracht niet de juiste sfeer met zich mee voor de film. Op de valreep sprak Hemingway toen de tekst ook in en deze versie is The Spanish Earth uiteindelijk beroemd geworden.

Wouter van Dijk

 De film is hier in zijn geheel te zien