Métronome, Lorànt Deutsch

metronomeRecensent: Vera Weterings

Métronome – In het ritme van de metro door de geschiedenis van Parijs, Lorànt Deutsch (met Emmanuel Haymann)

(vertaald door Martine Woudt, oorspronkelijke titel Métronome, L’histoire de France au rythme du métro parisien)

Thomas Rap (De Bezige Bij), Amsterdam 2011
ISBN 978 94 004 0284 3

Paperback, voorwoord door Paul Witteman en kaderteksten
394 pagina’s
€ 19,90

Métronome

Métronome – In Het Ritme Van De Metro Door De Geschiedenis Van Parijs vertelt de geschiedenis van Parijs. Het boek is geschreven door Lorànt Deutsch, een Franse schrijver en acteur die op zoek ging naar de overblijfselen van de oude stad aan de hand van 21 metrostations. Na vijf jaar onderzoek naar de stad schreef hij Métronome.

Wanneer je aan dit boek begint, kun je het niet meer wegleggen. Deutsch neemt je telkens weer mee naar historische plekken en vertelt je ook de minder bekende delen van de Parijse geschiedenis. Aan de hand van de 21 metrostations passeert hij met elk station een eeuw en neemt hij de lezer mee door de Franse geschiedenis. Hij vertelt over het verrijzen van kathedralen, de vechtende Parijzenaren op de stadswallen en de ontluikende kunstwereld.

Het boek is ingedeeld in 21 hoofdstukken. Per hoofdstuk komt een metrostation aan bod waar een verhaal achter schuilt dat de Parijse geschiedenis van die eeuw behandelt. Uiteraard worden de bekendere verhalen behandeld zoals de bestorming van de Bastille en de tijd van Lodewijk de Zonnekoning, maar ook minder belangrijke historische gebeurtenissen komen aan bod, om zo een zo compleet mogelijk beeld van de Parijse historie te schetsen.

Neem bijvoorbeeld het verhaal over Dionysus. Hij werd als een van de eerste christelijke predikers onthoofd. Vandaar dat de heuvel van Montmartre tegenwoordig de naam Mont-des-Martyrs (=martelaarsheuvel) heeft. Dionysus zou volgens een mythe zijn hoofd onder zijn arm nemen, de heuvel af wandelen en nog zes kilometer doorlopen en vervolgens zijn hoofd aan een Romeinse vrouw, Catulla, geven. Dionysus werd begraven en op deze plek verrees later de basiliek Saint-Denis. Dit is de basiliek die vandaag de dag de laatste rustplaats is van de Franse koningen.

Maar niet alleen religieuze- en koningsgeschiedenis worden in het boek behandeld, ook wordt meerdere malen aangehaakt op de verweven geschiedenis van de Romeinen en Parijzenaren in de stad en ook de vroegste geschiedenis van Parijs. Zo lag de allervroegste stad op de plaats waar nu de voorstad Nanterre is. De Romeinen hebben de stad toentertijd naar het Île de la Cité verplaatst.

Het fijne aan de schrijfwijze van Métronome is dat dit boek – totaal anders dan standaard stadsgeschiedenissen – de geschiedenis van Parijs zo tastbaar mogelijk maakt met zeer specifieke en minder bekende vondsten. Het vertelt de lezer exact waar de Thermen en de Romeinse arena zich bevonden, en waar diezelfde Romeinen hun potten bakten. Zo vertelt Deutsch over de vondst van een pottenbakkersoven uit de Romeinse tijd op de Rue du Faubourg-Saint Jacques 254. Ook van de wat moderne tijden deelt Deutsch een ontdekking: in de kelder van een Koreaans restaurant aan de boulevard Henri-IV 47 bevindt zich een kelder waar de laatste bestaande stel van de Bastille.

De negentiende eeuw wordt beschreven aan de hand van het vrouwelijke standbeeld op het midden van het plein République. Deutsch start met de geschiedenis van de eerste Republiek en eindigt met de Derde Republiek waar dit standbeeld symbool voor staat. Ook kan hij het niet laten om in dit hoofdstuk – net als in enkele andere hoofdstukken – af te geven op Georges-Eugène baron Haussmann die Parijs rond 1860 rigoreus verbouwde en daarbij de historische stadsmuren en andere historische panden niet spaarde.

Met Deutsch’ kritiek op Hausmann kom ik op een klein minpunt aan dit boek. Namelijk dat je merkt dat Deutsch de modernere stadsgeschiedenis minder interessant vindt dan de oudere. Hoewel ik deze mening met Deutsch deel, is een historisch werk niet de juiste plek om deze mening in door te laten schemeren. Het hoofdstuk waar dit het beste naar voren komt is het laatste hoofdstuk over de eenentwintigste eeuw over het metrostation La Defense.

De tour Montparnasse, het Forum des Halles, de autowegen langs het water, de Front-deSeine, het Centre Pompidou, de Opéra-Bastille, de bibliothèque François-Mitterrand… De verminkingen van de hoofdstad zijn talrijk en indrukwekkend. (p. 393)

Al met al kan ik vol lof spreken over deze stadsgeschiedenis van Deutsch. Métronome is geen standaard geschiedenisboek. Het is ook geen zware historische pil, maar voor iedere geschiedenisliefhebber geschreven. Het boek neemt de lezer mee van de ene historische wetenswaardigheid naar de andere. Wie een diepgaand historisch onderzoek van de geschiedenis van Parijs verwacht, wordt dan ook teleurgesteld. De lezer kan zich het beste laten meenemen in de stortvloed aan wetenswaardigheden, details en vreemde geschiedenissen en het enthousiasme waarmee Deutsch het boek heeft geschreven.

Kortom, het boek neemt je mee op een ontdekkingstocht in sneltreinvaart door de geschiedenis van Parijs. Zoals de kaft al verklapt staat het boek vol historische ontdekkingen en anekdotes: ooit geweten dat onder de Eiffeltoren de laatste Gallische strijders liggen begraven? Of waarom de Notre-Dame in plaats van de Saint-Étienne kwam? Is het antwoord op deze vragen ‘nee’. Dan is Métronome zeker een aanrader. Het boek introduceert de stadsgeschiedenis van Parijs op een luchtig geschreven manier.

Vera Weterings

2 thoughts on “Métronome, Lorànt Deutsch

  1. Pingback:

  2. Pingback:

Comments are closed.