Picasso in Holland, Marilyn McCully en Gerrit Valk
Waanders Uitgevers i.s.m. Stedelijk Museum Alkmaar, Zwolle 2016
ISBN 978 94 6262 089 6
84 pagina's
Paperback, illustraties in kleur en zwart-wit, chronologie en Engelse samenvatting
€ 22,50
Picasso in Holland
De Spaanse kunstenaar Pablo Picasso (1881-1973) wordt alom beschouwd als de meest invloedrijke kunstenaar van de twintigste eeuw en baande met zijn Les Demoiselles d'Avignon (1907) definitief de weg voor het kubisme in de schilderkunst. Wat velen echter niet weten is dat Picasso vlak voor zijn kubistische periode Nederland bezocht, om precies te zijn de periode waarin hij de overgang beleefde van zijn blauwe naar zijn roze periode – de perioden voorafgaand aan zijn kubistische werken. In Nederland bezocht hij Alkmaar, Schoorl, Schoorldam en Hoorn. Hier tekende hij twee schetsboeken vol en maakte hij ook twee gouaches: La belle Hollandaise en Les trois Hollandaises. Met deze kennis in het achterhoofd is het niet zo gek dat het Stedelijk Museum Alkmaar al een aantal jaren met het plan liep de grootste kunstenaar van de twintigste eeuw in Alkmaar te presenteren. Maar waarom juist nu? Het idee werd Lidewij de Koekkoek immers al ingefluisterd toen ze in 2008 aantrad als directeur van het Stedelijk Museum Alkmaar. De Koekkoek vond dat het museum toen nog niet toe was aan een tentoonstelling met zo’n allure. De afgelopen jaren heeft het museum zich ontwikkeld tot een middelgroot kunstmuseum, daarbij werd in 2015 een caféstoeltje nagelaten aan het museum. Deze schenking was voor het museum het duwtje in de rug om dan toch het ambitieuze tentoonstellingsproject op te starten. Het caféstoeltje was namelijk niet zomaar een stoeltje. Hoewel het ging om een doodeenvoudig caféstoeltje van Poolse makelij heeft Picasso er volgens de overlevering op zitten schetsen tijdens zijn Hollandse zomerweken in 1905 in café Lands Welvaren in Schoorldam.
Hoewel de tentoonstelling die het Stedelijk Museum Alkmaar heeft neergezet er geen is van groot formaat, is de organisatie ervan zeker wel een prestatie van groot formaat. Door in de tentoonstelling te focussen op de Hollandse periode van Picasso hebben de museummedewerkers een uitzonderlijk geconcentreerd concept neer kunnen zetten. Dit concept is niet alleen in de tentoonstelling terug te vinden, maar wordt ook gevolgd in de bijbehorende publicatie. Daarbij heeft deze focus ervoor gezorgd dat het museum bruiklenen heeft mogen ontvangen van de Queensland Art Gallery in Brisbaine en van Centre Pompidou en Musée Picasso in Parijs. Bij een grote Picasso tentoonstelling waarbij hun topstukken één van de vele Picasso’s waren, hadden deze instellingen hun werken immers niet uitgeleend. Nu heeft het museum het voor elkaar gekregen de kunstliefhebber de uitzonderlijke mogelijkheid te bieden de werken die Picasso in Nederland maakte te bewonderen in de regio waar ze zijn ontstaan: Noord-Holland.
In zowel de tentoonstelling als de publicatie wordt ingegaan op de reis die Picasso in Nederland maakte als op de werken die hij in Nederland vervaardigde. Dit maakt het project tot een mooie mix van geschiedenis en kunstgeschiedenis. Na twee inleidingen volgt in de publicatie een essay van historicus Gerrit Valk die ook bekend staat als Picasso-kenner van bij uitstek diens Hollandse periode. Hij neemt de lezer mee naar het Noord-Holland waar Picasso naartoe ging en probeert zorgvuldig op basis van de weinige bronnen die we hebben de reis zo grondig mogelijk te reconstrueren. Hierdoor krijgt de lezer een goed beeld van zowel het Alkmaar aan het begin van de twintigste eeuw als het milieu waarin Picasso zich bevond. Na dit essay volgt Picasso-expert Marilyn McCully met een stuk over de werken die Picasso tijdens zijn Nederlandse intermezzo maakte en de werken die hij doorontwikkelde in Nederland. Zo maakte hij niet alleen schetsen van Hollandse vrouwen in klederdracht en typisch Hollandse gebouwen, maar werkte ook verschillende tekeningen uit ter voorbereiding op zijn Les noces de Pierrette (1905) waarin duidelijk de overgang van zijn blauwe naar zijn roze periode zichtbaar is. Ook valt na terugkomst uit Nederland op dat in zijn experimenten met gouache vleeskleurig roze en rode tinten van aarde en klei gaan domineren, waardoor zijn ‘roze periode’ na zijn verblijf in Nederland een nieuwe fase is ingaat. Daarbij was een belangrijk gevolg van de reis naar Nederland dat Picasso bij terugkomst in zijn atelier problemen kon oplossen met composities waar hij aan het einde van de lente mee bezig was geweest doordat hij hier ook in Nederland verder mee experimenteerde. Daarnaast had zijn Nederlandse ervaring invloed op zijn benadering van de vrouwfiguur die ervoor zorgde dat hij de figuren voortaan zwaarder neerzette.
Naast de essays zijn in de publicatie ook korte beschrijvingen bij de kunst en objecten die op de tentoonstelling te zien zijn te vinden. Het boek is rijkelijk geïllustreerd met zowel delen uit de twee schetsboeken en de beroemde gouaches als documentair materiaal zoals foto’s, ansichten en de ‘Picasso-stoel’. Wie na afloop van de tentoonstelling nog eens wil nagenieten van de ‘Nederlandse’ Picasso’s en de achtergrond van zijn uitstapje er nog eens op na wil slaan, wordt niet teleurgesteld met dit boekje. Het handzame boek gaat uitgebreid in op de verschillende aspecten van Picasso’s reis door ons kikkerland. Het boek is dan ook zeker een aanrader voor kunstliefhebbers, maar vergeet ook zeker niet de tentoonstelling te bezoeken. Hoewel klein van formaat, biedt een bezoek een uitzonderlijke kans om het in Nederland geboren werk van Picasso te bewonderen. Daarbij is zijn Nederlandse periode op een bijzonder fraaie wijze voor zowel geschiedenis- als kunstliefhebbers bij elkaar gebracht.
Vera Weterings
De tentoonstelling Picasso in Holland is nog tot en met 28 augustus 2016 te zien in het Stedelijk Museum Alkmaar.