Doorzoekbare content op een presenteerblaadje

Crowdsourcing als sleutelwoord voor het ontsluiten van collecties

De wereld om ons heen wordt steeds meer geleid door de grillen van de ‘verwende consument’. We leven in een informatie-hongerige maatschappij waarin het all-you-can-search-buffet ontbreekt. Een uitdaging dus voor de vele erfgoedinstellingen die hun tsunami aan bronnen nog niet helemaal hebben ontsloten.

Archivarissen krijgen het vandaag de dag steeds zwaarder: de archiefstukken blijven groeien en de vraag van het publiek wordt steeds ingewikkelder. Vroeger bezochten mensen de studiezaal om te grasduinen in talloze registers. Tegenwoordig wil de onderzoeker met één klik op de knop zijn onderwerp vinden en dan het liefste ook meteen gewezen worden op de juiste pagina in het juiste document. Dit betekent in de praktijk dat onderhand al het archiefmateriaal digitaal beschikbaar en volledig geïndexeerd moet zijn. Maar hoe doe je dat? Met meer mankracht. Dat is echter geen doen in het economische klimaat waarin de archiefwereld zich bevindt, tenzij je overgaat op onbetaalde krachten. Crowdsourcing blijkt het toverwoord.

Drijfveren

Maar zijn er mensen die onbetaald gegevens willen indexeren of beschrijven? Jazeker, denk bijvoorbeeld aan de vele (amateur)genealogen die zich bezig houden met stamboomonderzoek. Een groot aantal mensen uit deze groep is potentieel vrijwilliger. Daarbij is een tegenprestatie vaak niet nodig. Bij het crowdsourcingplatform VeleHanden worden punten uitgedeeld waarmee de deelnemers kunnen sparen voor onder andere downloads van scans, rondleidingen door archiefinstellingen en wetenschappelijke publicaties.

Toch blijkt uit een deelnemerstevredenheidonderzoek op ditzelfde platform (2014) dat die punten niet de drijfveer vormen om mee te doen, een van de deelnemers van het onderzoek gaf aan: “het (lees: de punten) is een leuke bijkomstigheid maar daarom doe ik niet mee. Dus als dat er niet zou zijn, zou dat geen reden zijn om er mee te stoppen.” Wat is dan wel een reden voor deelname? Uit het onderzoek bleek dat maar liefst 80% van de deelnemers aangeeft het belangrijk te vinden cultureel erfgoed beschikbaar te maken voor algemeen gebruik.

Kwaliteit vs. kwantiteit?

Crowdsourcing lijkt het toverwoord voor het ontsluiten van erfgoedcollecties. De snelheid die gehaald wordt bij het ontsluiten van collecties met behulp van crowdsourcing torent ver boven die van huidige registrators, record managers en andere archiefmedewerkers. Tijdens het eerste VeleHanden project, Militieregisters, werden in slechts negen maanden maar liefst zestien jaar mensen-arbeid verzet door 1.389 vrijwilligers. Ook het project Bevolkingsregisters Amsterdam van het Stadsarchief Amsterdam loopt vaart. In ruim een jaar tijd zijn één miljoen namen doorzoekbaar gemaakt. in het WieWasWie project is het voor het Stadsarchief Rotterdam zelfs nog sneller gegaan: in vier maanden zijn een half miljoen namen geïndexeerd.

Hoe kunnen zulke aantallen gehaald worden zonder dat het systeem vol zit met kleine onvolkomenheden zoals spelfouten. Simpel, zo veel mogelijk fouten worden voorkomen. Op VeleHanden worden scans voor het indexeren, beschrijven of koppelen eerst uitgedeeld aan twee zogenoemde invoerders. Hierna gaat de scan nog eens naar een derde persoon die de controle uitvoert. Gebeurt dat ook in een archief? Meestal niet. Dat betekent dat crowdsourcing niet alleen voordeligere oplossing is, maar ook betere kwaliteit oplevert. De methode staat echter niet garant voor 100% correctie informatie. Want laten we eerlijk wezen, fouten zijn menselijk en daardoor onoverkomelijk.

Vera Weterings

Verder lezen?