Recensent: Vera Weterings
DWDD Pop-Up Museum. Verborgen kunstwerken uit Nederlandse musea, samengesteld door Dieuwke Wynia en Pieter Eckhardt
Lebowski Publishers en omroepvereniging BNN-VARA, Amsterdam 2016
ISBN 978 90 488 3252 1
Paperback met flappen, illustraties in kleur
208 pagina’s
€ 24.99
DWDD Pop-Up Museum
In het Allard Pierson Museum werd vorig jaar het eerste DWDD Pop-Up Museum geopend. Het idee was de verborgen kunstwerken uit Nederlandse musea onder de aandacht te brengen. Tien gastconservatoren kregen ieder een zaal ter beschikking die zij met werken uit een zelf gekozen museum geheel naar eigen idee en smaak mochten inrichten. Het concept sloeg aan. De eerste tentoonstelling werd door zo’n 60.000 mensen bezocht. De succesformule werd binnen een jaar herhaald met negen nieuwe gastconservatoren. Om naast deze twee tijdelijke tentoonstellingen ook een blijvende herinnering te hebben aan het DWDD Pop-Up Museum zijn beide edities gebundeld in een boek.
Het boek wordt ingeleid door Jet Bussemaker, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, die vertelt hoe het idee van het Pop-Up Museum ontstond in een aflevering van televisieprogramma De Wereld Draait Door waarin Jasper Krabbé zijn verwondering uitsprak over de erfgoedschatten in de kelders van het Tropenmuseum. Het resultaat van deze droom die voortvarend is omgezet in een daad, noemt Bussemaker een vrolijk en sprankelend koekoeksjong, dat tijdelijk gevoed wordt uit de depotcollecties van Nederlandse Musea en zo is het.
De nationale erfgoedcollectie telt naar schatting zo’n 65 miljoen objecten waarvan de meeste zich in depots bevinden. Door in het DWDD Pop-Up Museum het publiek te verleiden te ontdekken wat voor schatten zich in de Nederlandse musea bevinden, worden tegelijkertijd musea verleid om met andere ogen hun depotbeleid te bekijken: hoe om te gaan met slapende collecties? Hoe via andere media mensen bereiken die normaliter denken dat het museum niet voor hen is? Hoe samen te werken? Hoewel dit in de tentoonstelling of het boek niet zozeer naar voren komt, zien we dat er in de museumwereld wat aan het veranderen is. Het Tropenmuseum en Mauritshuis bewijzen met respectievelijk de tentoonstelling Soulmade (13 september 2014 tot en met 25 januari 2015) en de tentoonstelling Hoogte- en dieptepunten uit het Mauritshuis ( 4 februari tot en met 8 mei 2016) dat de depotcollectie nu volop onder de aandacht worden gebracht en dat musea ook met alleen hun eigen collectie om uit te putten prima in staat zijn een prachtige tentoonstelling neer te zetten.
Terug naar het DWDD Pop-Up Museum in het boek, zoals gezegd ontstond het idee van het DWDD Pop-Up Museum tijdens een aflevering met Krabbé. In eerste instantie dacht men Krabbé de kelders en krochten van de Nederlandse musea in te sturen op zoek naar verborgen kunst om daarna in de uitzending verslag uit te brengen. Dat idee viel echter niet in de smaak, de nieuwsgierige kijker kan immers niet naar de kunstwerken omdat ze verstopt liggen in een kelder. Toen ontstond het idee een museum te zoeken, dat werd gevonden in hartje Amsterdam bij het Allard Pierson Museum. Voor de eerste editie werd een uiteenlopend gezelschap gastconservatoren gevraagd die elk een eigen museum mochten uitkiezen om werken uit te kiezen om daarmee een zaal in te delen. Het werd een tentoonstelling die zowel door de pers als de bezoekers enthousiast werd ontvangen. Een tweede editie volgde snel, doordat in het gastenboek veelvuldig om een vervolg werd gevraagd en er nog volop museadepots in Nederland waren om uit te putten. Anders dan tijdens de eerste editie werd besloten nu ook een catalogus te maken. Dit boek is dan ook ontstaan uit het idee om als een herinnering de zalen en de keuzes van de gastconservatoren als het waren te ‘conserveren’, zoals het een echt kunstwerk betaamt. Zo zijn alle gastconservatoren van zowel de eerste als de tweede editie in het boek opgenomen. Het boek vormt daarmee een mooi souvenir aan twee uitzonderlijke tentoonstellingen in de Nederlandse museumgeschiedenis. Nooit eerder werd zo’n doorsnede van de Nederlandse museumcollectie onder één dak en onder één noemer samengebracht.
Het boek is net als de tentoonstelling een zowel informerend als esthetisch geheel. Toelichtingen van de gastconservator voor zijn of haar keuze bij het museum en de objecten worden evenwichtig afgewisseld door afbeeldingen van de gekozen werken. Van een essay van journaliste Cécile Narinx over de nieuwe mode GILL tot de gedichten van auteur Nico Dijkshoorn bij zijn collectie en van de uitleg van Pieter van Vollenhoven en Nico de Haan bij Van Vollenhovens schilderijenkeuze tot de interpretatie van schrijfster Paulien Cornelisse bij oosterse objecten. Niet alleen de keuzes die gemaakt zijn voor de verschillende zalen en objecten zijn zeer divers, ook de manier van inrichting is heel verschillend. Zo heeft presentator Paul de Leeuw als het ware zijn eetkamer in het museum neergezet, Robbert Dijkgraaf heeft een zestiende of zeventiende-eeuwse Wunderkammer ingericht en Actrice Carice van Houten heeft voor een soort salonopstelling gekozen.
Net als de tentoonstelling verrast de catalogus met zijn veelzijdigheid en bijzondere invalshoeken. Zoals de samenstellers van het boek in hun inleiding al aangaven is het boek bedoeld om de zalen en keuzes van de gastconservatoren ‘te bewaren’. In die doelstelling zijn zij meer dan geslaagd, het is een mooi aandenken, een rijkelijk geïllustreerde en verzorgde uitgave die recht doet aan de twee tentoonstellingen.
Vera Weterings
De tentoonstelling DWDD Pop-Up Museum is nog tot en met 22 mei 2016 te bezoeken in het Allard Pierson Museum in Amsterdam.