Frans Hoogendoorn: een Haagse Couturier

De Haagse couturier Frans Hoogendoorn was tot 2013 aan de Haagse Molenstraat gevestigd. Hoogendoorn is al ruim veertig jaar een begrip in Nederland en onlosmakelijk verbonden met Den Haag, van oudsher een stad gelieerd aan hof, adel en diplomatie, en daardoor ook met de internationale modewereld. Het Gemeentemuseum organiseert momenteel een tentoonstelling als eerbetoon aan de Haagse couturier. Hoogendoorn werd eerder in 2015 benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Naussau.

Modetekening door Frans Hoogendoorn

Met stijliconen als Audrey Hepburn, Jackie Kennedy en de Duchess of Windsor en inspiratie uit de shows van Cristóbal Balenciaga en Hubert de Givenchy ontwikkelde de Haagse couturier zijn eigen stijl. Heldere kleuren, sterke contrasten en ongewone combinaties – denk aan zuurstokroze handschoenen, brutaal gecombineerd met koninklijk paars of zonnegeel – dat is waar hij van houdt, en frivole strikken zijn Hoogendoorns handelsmerk.

Zijn ontwerpen zijn tijdloos met veel grafische lijnen, ensembles in zwart en wit, jassen met een pied-de-coq-motief, avondrobes met polka dot-stippen, daarnaast heeft hij oog voor kwaliteit en werkt hij met de mooiste stoffen uit Italië en Frankrijk. Geen wonder dat Hoogendoorn zich vooral richt op het kleden van adel en diplomaten en zijn clientèle ook enkele leden van het Koninklijk Huis omvat. Zo heeft koningin Máxima een aantal stukken van Hoogendoorn in haar kast hangen.

In de tentoonstelling zijn modetekeningen, filmmateriaal en vele hoogtepunten uit zijn oeuvre te bewonderen, waaronder ook een aantal bruiklenen. Zo is de trouwjurk te zien die Hoogendoorn ontwierp voor prinses Anita en ook een geliefde jurk van prinses Margarita. Verder is het witte ensemble met hoed te zien dat prinses Irene op de begrafenis van haar vader prins Bernhard droeg.

Frans Hoogendoorn in zijn atelier aan de Molenstraat, 1994. Foto: Peter Boer.

Frans Hoogendoorn vestigde zich in 1974 in Den Haag. Zijn salon was een bekende en stijlvolle locatie in de Haagse binnenstad. In de jaren tachtig kreeg Hoogendoorn landelijke faam met zijn modeshows in Hotel Des Indes. Hoogendoorn koos bewust niet voor een carrière in de spotlights, maar richtte zich volledig op zijn klanten en de couture. Door de jaren heen oogstte hij veel waardering om de insteek van zijn vakuitoefening: gedegen, passioneel en dienend:

“Ik vind het enig om de droom van mijn clientèle waar te maken, om ervoor te zorgen dat ze er elegant en smaakvol uitzien.”

Vera Weterings

De tentoonstelling Frans Hoogendoorn: Een Haagse Couturier is nog tot en met 18 februari 2018 in het Gemeentemuseum in Den Haag te bekijken.