Pinksteren

Waarom zijn we vrij met Pinksteren? Wat wordt er dan gevierd? Met Pinksteren of Sinksen wordt de uitstorting van de Heilige Geest herdacht. Het is de negenenveertigste dag ná Pasen (de vijftigste dag ván Pasen). Met deze uitstorting wordt ook het begin van de christelijke Kerk gemarkeerd. Het kan als zodanig tevens als de eerste christelijke opwekking worden gezien.

Het verhaal gaat dat op Eerste Pinksterdag het volgende plaatsvond: gelovigen waren in een huis bij elkaar toen er plotseling het geluid van een grote windvlaag klonk en er vlammen verschenen die zich boven de hoofden van de aanwezigen verspreidden. Dit fenomeen staat ook wel bekend als “vurige tongen”. De gelovigen werden met de Heilige Geest vervuld en begonnen buiten het huis op luide toon het evangelie in allerlei vreemde talen te verkondigen met als gevolg dat er een grote massa mensen afkomstig uit allerlei windstreken op hen afkwam.

De apostel Petrus nam vervolgens het woord en hield een lange toespraak waarna er ongeveer drieduizend mensen zich bij hen aansloten. Maar waar komt de naam Pinksteren vandaan? Pinksteren is afgeleid van het Griekse Pentekostè, wat ‘vijftig’ betekent, omdat het joodse Wekenfeest – als men de eerste en de laatste dag van een periode meetelt – de vijftigste dag was. In verschillende streken wordt Pinksteren ook wel Sinksen genoemd. In Vlaanderen is dit woord nog altijd goed ingeburgerd. Het is afgeleid van de Latijnse vertaling van pentekostè, namelijk quinquagesima. Ander namen voor Pinksteren zijn: bloeifeest, roospasen, snijfeest, bloemenpasen of bloemenoosteren.

Vera Weterings