Wandelen door het antieke Rome

Wandelen door het antieke RomeRecensent: Vera Weterings

Wandelen door het antieke Rome, Luc Verhuyck

Athenaeum-Polak & Van Gennep i.s.m. Ambo Anthos, Amsterdam 2016
ISBN 978 90 253 0289 4

Paperback
80 pagina’s
€ 2,50

Wandelen door het antieke Rome

Het boekje Wandelen door het antieke Rome is een selectie van hoogtepunten gebaseerd op het boek SPQR. Anekdotische reisgids voor Rome van Luc Verhuyck. Eerder van zijn hand verschenen anekdotische reisgidsen over Venetië (Venezia), Rome (SPQR) en Florence (Firenze). Dit laatste boek is gelauwerd als beste reisboek van 2006. De gelegenheidsuitgave Wandelen door het antieke Rome is speciaal voor de negende editie van de Week van de Klassieken (7 tot en met 15 april 2016) uitgegeven. De reisgids sluit haarfijn aan op het thema 'Quo vadis? Reizen in de oudheid'. Na een voorwoord van Wim Weijland, directeur van het Rijksmuseum van Oudheden, wordt de lezer als het ware meegenomen op reis langs de bezienswaardigheden uit de Oudheid die men in Rome kan verwachten. Zoals het een ware gids betaamd wijst Verhuyck de lezer op allerhande wetenswaardigheden over de bekendere en onbekendere monumenten in Rome.

Zoals Wim Weijland in zijn voorwoord al aangeeft, wandelt de lezer als het ware mee door het antieke Rome, terwijl deze luistert naar de talrijke verhalen van Verhuyck en verdwaalt in de Oudheid. Uiteraard worden de beroemde monumenten die in geen enkele reisgids over Rome ontbreken, behandeld. Ook Verhuyck kan niet om het Colosseum, het Forum Romanum, Capitool en het Circus Maximus heen, maar hij weet dit op een dusdanig boeiende manier te doen, dat ook de lezer die al wat bagage heeft, het boek met plezier leest. Los van het feit dat Verhuyck een zeer aangename schrijfstijl heeft, verrast hij de lezer zo nu en dan ook met minder bekende wetenswaardigheden. Zo wijst hij op de Meta Sudans die tot 1936 voor de triomfboog van keizer Constantijn aan de zijde van het Colosseum stond. Deze Meta Sudans was een hoge kegelvormige fontein waar ooit een bronzen bol bovenop stond waaruit water sijpelde. In de fontein konden gladiatoren zich na afloop van een gevecht wassen en opfrissen. De fontein werd onder Mussolini afgebroken, omdat deze in de weg stond wanneer zijn troepen onder de triomfboog door moesten paraderen.

Dat Rome ontdekkingen voor ons in petto blijft houden, blijkt ook uit een anekdote die Verhuyck aanhaalt in zijn woord vooraf. Hij vertelt over een bezoeker op audiëntie bij paus Leo XIII (1878-1903) die vertelde dat hij twee maanden in Rome doorbracht, waarna de paus vroeg wat hij ervan vond. De reiziger antwoordde dat het erg interessant was, maar dat hij de stad ‘nu wel kende’. De paus antwoordde hierop:

“Sta me toe u te feliciteren. Ik ben hier nu ruim dertig jaar en ik begin stilaan een vermoeden te krijgen van wat Rome allemaal te bieden heeft.”

Ook de uitdrukking Roma non basta una vita (Rome is niet te doorgronden in een mensenleven) valt in het woord vooraf. Dat dit de waarheid blijkt, wordt zelfs in deze zo beknopte versie van Verhuycks’ reisgids duidelijk. Ondanks het feit dat hij zich beperkt tot enkele wandelingen door het antieke Rome en zich focust op de Oudheid weet Verhuyck de lezer te boeien met de vele wetenswaardigheden die er over de stad en haar monumenten te vertellen zijn. Om de lezer wat extra context te geven bij zijn wandeling vanuit de luie stoel, is een erg aangename toevoeging dat hij zijn verhaal inleidt met het ontstaan van de stad Rome. Ook kan hij het niet nalaten de lezer te informeren over de lettercombinatie SPQR: SENATUS POPULUSQUE ROMANUS (de Senaat en het Volk van Rome) en de vele ludieke interpretaties, zoals Sapiens/Stultus/Senex Populus Quareit Romam (wijs,dom, oud volk verkiest Rome), Sono Pazzi Questi Romani (die Romeinen zijn gekken) en Si Peu Que Rien (zo goed als niets).

Naast deze komische noot, is Verhuyck ook erg serieus in zijn reisgids en zet hij bekende stereotypen recht. Zo noemt hij bijvoorbeeld het netwerk van aquaducten dat waarschijnlijk een lengte van vierhonderdtachtig à vijfhonderd kilometer had. Hoewel het beeld bij de meesten is dat een aquaduct bovengronds liep, zou slechts een vijftigtal kilometer bovengronds hebben gelopen. Wat ook weinig mensen weten is dat de Drususboog vlakbij de Porta San Sebastiano geen triomfboog was, maar een arcade die deel uitmaakte van het aquaduct Aqua Antoniniana, dat de thermen van Caracalla van water voorzag en een vertakking was van het oudere Aqua Marcia. Interessante weetjes volop dus.

Voor wie geïnteresseerd is in de Oudheid en voor wie van reizen houdt, is deze beknopte reisgids een feest om te lezen. Door de vele verhalen van Verhuyck waan je je als lezer even in de eeuwenoude stad en na het wegleggen van het boekje zullen je vingers jeuken om een reis naar Rome te boeken. De verhalen nodigen uit de monumenten te bezoeken en van dichtbij te bekijken. Daarbij doet het boekje ook verlangen naar meer, voor die lezer die maar geen genoeg kan krijgen van de verhalen, is het een geruststellende gedachte dat er ook altijd nog het uitgebreidere werk SPQR in de boekwinkels te vinden is.

Vera Weterings

One thought on “Wandelen door het antieke Rome

  1. Pingback:

Comments are closed.