Pyrene, eerste Keltische stadstaat?

Artist impression van de Heuneburg met onderstad en omliggende nederzetting
Artist impression van de Heuneburg met onderstad en omliggende nederzetting

Lange tijd gingen archeologen en historici er van uit dat de Kelten geen steden kenden en dat de eerste aanzet tot urbanisering pas in de tweede eeuw voor Christus werd gegeven. Het ontstaan van deze oppida, zoals Caesar ze noemde toen hij deze regionale machtscentra tegenkwam op zijn veldtochten in Gallië halverwege de eerste eeuw voor Christus, zou een fase op weg naar verstedelijking van de Keltische samenleving zijn die door Caesars interventie in de knop werd gebroken. De laatste jaren gaan er naar aanleiding van nieuw onderzoek onder archeologen en historici echter stemmen op die de Keltische maatschappij een verdere ontwikkeling toedichten dan tot nog toe wordt aangenomen. Het belangrijkste bewijs voor die these wordt geleverd door vondsten gedaan in en om de Heuneburg in Zuid-Duitsland, een prehistorisch Keltisch heuvelfort dat gezien kan worden als de eerste stad ten noorden van de Alpen. Vondsten wijzen op een regionale functie van de nederzetting die zelfs vergelijkbaar is met een positie zoals stadstaten als Athene en Sparta in het Klassieke Griekenland die hadden ten opzichte van hun omgeving en achterland. De bloeiperiode van het heuvelfort bevond zich tussen de zevende en vijfde eeuw v.Chr., te situeren binnen de Keltische Hallstatt-periode.

Hallstatt-handelaars

De Keltische stammen van de Hallstatt-cultuur hadden in Midden-Europa een belangrijke positie in handen in de handel tussen enerzijds het gebied rond de Oostzee in het noorden waar barnsteen een belangrijk handelsproduct was, en anderzijds Zuid-Europa waar luxeproducten als olie en wijn vandaan kwamen. Op de site van de Heuneburg zijn vondsten gedaan van gebieden rond de Oostzee, uit Marseille, uit Griekenland en tot aan Slovenië toe, wat duidt op de belangrijke spilfunctie van de nederzetting in het handelsnetwerk tussen oost en west en tussen noord en zuid.

Reconstructie Keltische huizen, op de achtergrond de typerende stadsmuur
Reconstructie Keltische huizen, op de achtergrond de typerende stadsmuur

Het complex

Het Heuneburgcomplex bestaat uit drie delen, op de top van het plateau de burg zelf, die een militaire functie had en tevens het administratieve centrum van de nederzetting vormde. Daaromheen lag de stad met tal van werkplaatsen van handwerkslieden, onder andere voor de brons- en ijzerbewerking voor de handel waaraan de Heuneburgbewoners deels hun rijkdom dankten. Ook deze nederzetting was omwald. Latere opgravingen en luchtfotografie toonden echter ook uitgebreid sporen aan van grootschalige bewoning buiten de stad, waar binnen omwalde stukken land gewassen verbouwd werden, overigens niet genoeg om alle bewoners van de nederzetting te voeden. Alleen al de grootschalige bewoningssporen aan de voet van de heuvel zorgt voor een geschat bevolkingsaantal van 5.000 tot 10.000 mensen, exclusief de burgbewoners zelf, vergelijkbaar met een gemiddelde contemporaine Griekse polis als Korinthe of Delphi. De burg moet indertijd als spil in het Europese handelsnetwerk met een dergelijke omvang een grote machtsfactor in het gebied geweest zijn.

Pyrene?

In de vijfde eeuw voor Christus schreef de Griekse geschiedschrijver Herodotus van Halicarnassus (c. 484 v.Chr. – 425 v.Chr.) in zijn Historiën over een Keltische stad gelegen bij de bron van de Ister, de Donau, in het land van de Kelten. Deze stad werd door de Grieken Pyrene genoemd. De naam heeft voor veel verwarring gezorgd, zo zocht Aristoteles de stad vanwege de naam in de buurt van de Pyreneeën, en schreef hij dat de Kelten uit die omgeving afkomstig waren. De Heuneburg is de laatste jaren vanwege zijn locatie en archeologische onderzoeksresultaten naar voren gekomen als mogelijke kandidaat voor het historische Pyrene.

Reconstructie van de bouw van de muur op de heuveltop
Reconstructie van de bouw van de muur op de heuveltop

Bijzonder aan de Heuneburg is de stadsmuur uit circa 600 v.Chr. die de bebouwing op de heuveltop omsloot. Waar Keltische heuvelforten normaliter verdedigd werden door een complex van aarden wallen, palissades en de murus gallicus, was de muur op het heuvelplateau van de Heuneburg geïnspireerd op Zuid-Europese voorbeelden naar Grieks ontwerp. De muur was gemaakt van een soort bakstenen bovenop een kalkstenen fundering en werd ter bescherming regelmatig witgepleisterd met kalk, wat zorgde voor een bijzonder en in die tijd zeker indrukwekkend gezicht. Recente opgravingen uit 2005-2008 brachten in de voorburg van het complex bovendien de stenen fundamenten van een monumentale stadstoren uit de vijfde eeuw v.Chr. aan het licht, uniek voor de Hallstattperiode en Europa benoorden de Alpen in deze tijd. De stadsverdediging als geheel vertoont gelijkenis met Griekse voorbeelden en is misschien wel door een Griekse bouwmeester ontworpen. Mede door deze Griekse invloeden, alsmede door de overeenkomst met de locatie van Pyrene die Herodotus beschreef, en door de vondsten die bewijs leveren van handel met Griekse kolonies als Massalia en in Italië, is het aannemelijk dat de stad bekend was als Pyrene onder Griekse toehoorders.

Verval en de komst van La Tène

Halverwege de vijfde eeuw v.Chr. verliest de Heuneburg zijn dominante positie. De teloorgang van het machtscentrum valt gelijk met de graduele verschuiving van een dominantie van Hallstatt naar een dominante positie voor de opkomende La Tène cultuur. Rond deze tijd komen ten noorden van het oorspronkelijke Halstattgebied nieuwe kerngebieden op die typerend zijn voor de La Tene cultuur. In de Marne regio in Noord-Frankrijk, in Bohemen en ook  in Zwitserland zelf met als belangrijkste de naamgever La Tène aan het meer van Neuchâtel. De nederzettingen worden kleiner, er is een tendens naar meer kleinere forten met een kleiner grondgebied dat ze beheersen. Dit kan deels te maken hebben gehad met de verslechterende klimaatomstandigheden die in deze tijd speelden. Het klimaat werd rond de vijfde eeuw v.Chr. kouder en natter. Verslechterde landbouwomstandigheden kunnen geleid hebben tot meer druk en onrust onder populaties met een uiteenvallen en versnippering van machtsstructuren als gevolg. In de tweede eeuw v.Chr. is vervolgens een hernieuwde urbanisering zichtbaar in de concentratie van machtscentra in Keltisch gebied. De oppida die Caesar beschreef zijn dus in feite een tweede beweging van urbanisering onder de Keltische stammen, onder de La Tène cultuur waar eerder onder Hallstatt tot de vijfde eeuw v.Chr. tendensen van urbanisering zichtbaar waren.

Wouter van Dijk