ROOD! Heilstaatvisioenen uit de Sovjet-Unie, 1930-1940, Albert Lemmens en Serge Stommels
Waanders Uitgevers, Zwolle 2016
ISBN 978 94 6262 074 2
Paperback, met illustraties in kleur en zwart-wit
80 pagina’s
€ 17,50
Rood!
Museum de Fundatie organiseerde in 2014 de tentoonstelling Voor de nieuwe mens – Russisch avant-garde design. De tentoonstelling Rood! Heilstaatsvisioenen uit de Sovjet-Unie, 1930-1940 is een soort vervolg op deze tentoonstelling en past binnen de reeks exposities die het museum de afgelopen jaren organiseerde: John Heartfield – Fotografie als wapen (2010), Dans op de vulkaan – Kunst en leven in de Republiek van Weimar (2013) en Sluijters’ Grote Oorlog – Politieke oorlogsprenten uit De Nieuwe Amsterdammer 1915-1919 (2014-2015). De gelijknamige publicatie verschijnt bij de tentoonstelling Rood! Heilstaatsvisioenen uit de Sovjet-Unie, 1930-1940 en laat net als de tentoonstelling zien hoe de Sovjet-vormgeving uit de jaren dertig uitgroeide tot een inspiratiebron voor modernisten over de hele wereld. Ook in Nederland raakten kunstenaars van De Stijl en de kring rond Theo van Doesburg geïnteresseerd in de Russische avant-gardekunst, zowel qua vormgeving als in ideologische zin.
De publicatie is opgedeeld in twee delen, een essay dat de lezer een introductie geeft over de Sovjet-propaganda in de periode 1930-1941. Het tweede deel bestaat uit afbeeldingen uit een selectie van de tentoongestelde boeken en tijdschriften. Alle werken zijn afkomstig uit de zogenoemde LS Collectie van het Van Abbemuseum in Eindhoven. Deze collectie dankt zijn naam aan de Nijmeegse verzamelaars Albert Lemmens en Serge Stommels die in 2012 een collectie van ruim 13.500 titels geschonken aan de bibliotheek van het Van Abbemuseum. De collectie van Lemmens en Stommels – de LS collectie – bestrijkt de geschiedenis van de Russische kunst binnen en buiten Rusland en de Sovjet-Unie en bestaat uit onder meer kunstenaarsboeken, kinderboeken, pamfletten, affiches, grafiek en tijdschriften. De schenking van deze collectie aan het Van Abbemuseum heeft ervoor gezorgd dat het museum in Eindhoven het grootste en openbaar toegankelijke kenniscentrum op het gebied van twintigste-eeuwse Russische kunst in West-Europa is geworden. De tentoonstelling reist na Museum de Fundatie ook door naar het Van Abbemuseum.
In het eerste essay is niet alleen aandacht voor de rol die kunst in de Sovjetunie speelde, maar ook voor de relatie tussen Nederland en de Sovjetunie. In Nederland werd in oktober 1928 het genootschap Nederland-Nieuw Rusland opgericht die het blad Nieuw Rusland. Orgaan van het genootschap Nederland-Nieuw Rusland publiceerde. Aan het tijdschrift droeg onder andere filmmaker Joris Ivens (1898-1989) bij die de ontwikkelingen van de Russische filmkunst nauwlettend in het oog hield en beeldhouwer Hildo Krop (1884-1970) voor de sculptuur. Architect Gerrit Rietveld (1888-1964) hield zich bezig met het ontwerp en de typografie van het tijdschrift. Ook in het tijdschrift De Stijl werd door de Nederlandse kunstenaars rond Theo van Doesburg aandacht besteed aan de ontwikkelingen van de Russische kunst.
In het essay wordt uitleg gegeven over het ontstaan van de Sovjet-propaganda in de periode 1930-1933. In deze beginperiode bestond de propaganda met name uit aanplakbiljetten die zo informatief moesten zijn dat hun boodschap in één oogopslag helder werd. In de hoogtijdagen van de Sovjet-propaganda stond de boodschap centraal van het zelfvertrouwen in de socialistische opbouw en het socialistische bestuur van de Sovjet-Unie. Zo was naast partijnost, de onderwerping aan het belang van de Partij, ook narodnost, de liefde voor het land een belangrijk element. In deze periode werd ook veel geïnvesteerd in kinderboeken. In het nieuwe kinderboek was geen plaats meer voor sprookjes of fantasie, maar stonden de opbouw van het land en de opvoeding tot het grote communistische ideaal centraal. De reden dat Stalin focuste op kinderboeken was dat hij de jeugd zag als het bouwmateriaal van de toekomst van de heilstaat.
Het essay focust echter niet alleen op de propaganda in druk, zoals affiches, kaften van tijdschriften en geïllustreerde (kinder)boeken, maar gaat ook over de propaganda die werd gebruikt op tentoonstellingen. Zo was de Al-Unie Landbouwtentoonstelling die in 1939 werd geopend ter ere van de tienjarige verjaardag van het begin van de landbouwcollectivisatie een model van de Sovjetunie op een kleinere schaal. Het tentoonstellingsterrein met 76 paviljoens en meer dan tweehonderd gebouwen werd ingericht als een ideale staat, waarbij de gebouwen nadrukkelijk nationale elementen vertoonden in hun architectuur. Voorbeelden hiervan waren decoratieve elementen van de Wit-Russische volkskunst, Armeense bogen en Georgische koepels aan de gebouwen. Ook de wereldtentoonstelling in New York komt aan bod waarbij de boodschap helder en eenduidig was: de kracht van de Sovjetunie lag in de modernisering, de technologische vooruitgang en de sociale instellingen. Tijdens deze tentoonstelling werd niet alleen gebruik gemaakt van propagandistische architectuur zoals een hoge zuil die bekroond werd met een roestvrij stalen beeld vaneen jonge arbeider die fier de sovjet-ster omhoog houdt, maar er waren ook allerhande propagandistische boekjes te kopen. Onder de verzamelnaam Pamphlet Library konden maar liefst 65 boekjes over de Sovjetunie gekocht worden, de boekjes gingen over de onderwerpen die Stalin van belang achtte voor verspreiding in het buitenland.
Hoewel het essay geïllustreerd is, bieden de platen in het tweede deel van het boek een uitgebreider beeld van de propagandistische werken. In dit tweede deel ligt de nadruk niet zozeer op de informatieve tekst – waar dit wel het geval was bij het essay in het eerste deel – maar de boodschap die de afbeeldingen uit boeken en tijdschriften uitdragen. Hoewel dit deel meer visueel is ingesteld, is er geen gebrek aan context. De afbeeldingen zijn voorzien van bijschriften die de ene keer een summiere en de andere keer wat uitgebreidere achtergrondinformatie bieden. Daarbij zijn het ook afbeeldingen die eerder in het essay al kort aan bod komen, zo zijn de 65 kaften van de Pamphlet Library allemaal afgebeeld.
Al met al biedt deze tentoonstellingspublicatie een overzicht van meer dan 150 heilstaatsvisioenen uit de Sovjet-Unie uit de periode 1930-1941, een periode waarin geen natie ter wereld meer eersteklas kunstenaars in dienst had voor propagandadoeleinden dan de SU. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de opzienbarende Sovjet-vormgeving als inspiratiebron heeft gediend voor onder meer Nederlandse kunstenaars. De publicatie maakt de lezer zich daar bewust van en geeft daarnaast een helder beeld van hoe Lenin en Stalin de visualisering van het communistische gelijkheidsideaal tot uiting lieten komen.
Vera Weterings
De tentoonstelling ROOD! Heilstaatvisioenen uit de Sovjet-Unie, 1930-1940 is in Museum de Fundatie in Zwolle te zien van 16 januari tot en met 16 april 2016 en daarna in de Bibliotheek Van Abbemuseum in Eindhoven van 1 mei tot en met 16 september 2016.