Epische reizen in literatuur en muziek

Binnen het thema van de Week van de Klassieken ‘van heinde en verre: migratie in de klassieke wereld' kon een avond over epische reizen in de Oudheid haast niet ontbreken. Zo vond gisteravond, woensdag 10 april, bij het Rijksmuseum van Oudheden een poëtische en muzikale avond plaats over Gilgamesj, Odysseus en Aeneas, misschien wel de beroemdste reizigers in de wereldliteratuur.

De avond startte met een korte inleiding van Casper de Jonge van de Universiteit Leiden over deze zwaarbeproefde reizigers tussen oost en west, van Uruk, via Ithaca en Troje tot Rome, van het derde millennium voor Christus tot nu. In het Gilgamesj-epos beleeft de koning van Uruk avonturen in gezelschap van zijn vriend Enkidu. In Homerus’ Odyssee keert Odysseus na lange omzwervingen terug op Ithaca. En Vergilius’ Aeneis vertelt hoe de held van Troje via de Middellandse Zee naar Italië migreert.

Gilgamesj

Na de inleiding sprak classica Willemijn Waal van de Universiteit Leiden over de geschiedenis van het Gilgamesj-epos. Een epos waarvan de eerste verhalen stammen uit circa 2100 voor Christus waarna de verhalen in 1800 voor Christus voor het eerst werden gebundeld. Dit was echter nog niet het epos zoals wij dat nu kennen, de standaardversie wordt toegeschreven aan Sin-leqi-uninni en stamt uit de 1200 voor Christus. Het epos heette toen Sja nagba inoeroe, in het Nederlands ‘hij die de diepte aanschouwde’. In deze titel wordt met diepte het verkrijgen van de wijsheid bedoeld. Het epos werd verdeeld over elf tabletten met drieduizend verzen. Op een twaalfde tablet is de appendix te vinden. De belangrijkste verhalen uit het Gilgamesj-epos gaan over de zoektocht naar het eeuwige leven, uiteindelijk weet Gilgamesj tijdens zijn zoektocht kennis te verkrijgen. Opvallend aan het epos is de gelijkenis met het verhaal van de Ark van Noach uit de Bijbel. Zowel in de het Oude Testament als het Gilgamesj epos overstroomt de hele aarde door de zondvloed. In het Gilgamesj epos weet Oetnapisjtim ook te ontsnappen door een boot en in het Oude Testament weet Noach te overleven door een ark te bouwen.

Odyssee

Na een muzikaal intermezzo dat op het onderwerp aansloot, was het woord voor classicus Hugo Koning. Eerder verschenen van zijn hand het Elementaire Deeltje Mythologie (2015), Mythen moet je niet geloven (2016), Theognis van Megara – Luister naar mij. Elegieën over leven en liefde (2017) en Het eiland van Pelops. Een literaire reis door de Peloponnesos (2018)in samenwerking met Hans Verheij. Koning besprak de overeenkomsten tussen de Odyssee en het huidige fake news aan de hand van de leugens die Odysseus op Ithica verspreid en de fantastische verhalen uit boek negen tot en met twaalf. Die verhalen zouden we graag voor waar aannemen, maar dat is niet waarschijnlijk. De enige bron van de verhalen is Odysseus, de enige overlevende van de avonturen. Net als bij modern fake news heeft de verspreiding van dit soort verhalen een bepaald doel, in het geval van Odysseus gebruikt hij zijn verhalen om thuis te komen. Opvallend is ook dat de verteller en hoofdpersoon, Homerus en Odysseus,  erg op elkaar lijken. Zo neemt Odysseus in boek negen tot en met twaalf de rol van Homerus over qua stijl en structuur. Daarnaast zijn zowel Homerus als bard en Odysseus als bedelaar genegen tot fictie. Zwervers aan de ene kant en barden aan de andere kant bevinden zich altijd op het snijvlak tussen werkelijkheid en fictie. Grappig is dat al in de Oudheid de gelijkenis tussen Odysseus en Homerus werd gezien. Een van de eerste Grieken die deze constatering behandeld was de vijfde-eeuwse dichter Pindarus:

“Ik geloof dat het verhaal van Odysseus groter is geworden dan zijn eigenlijke lijden vanwege de zoeten veren van Homerus, want op zijn fictie en gevleugelde techniek rust iets verhevens, en zijn kunst bedriegt met misleidende verhalen. De massa heeft een blind hart, want als ze de waarheid hadden gezien, dan zou de machtige Aias niet het gladde zwaard in zijn borst gestoken hebben.” – Pindarus, Nemeïsche Ode 7

Aeneas

Na een korte pauze vervolgt classica Suzanne Adema van de Universiteit van Amsterdam met achtergrondinformatie over de tocht van Aeneas waarbij de verteller de Romeinse geschiedenis voorspelt en kundig vervlecht in zijn verhaal. Om zo uiteindelijk te eindigen bij keizer Augustus die een stad gebouwd uit baksteen aantrof en deze in marmer achterliet. Waar tijdens de Republiek de nadruk vooral lag op het vergroten van de machtspositie en gebiedsuitbreiding zorgde Augustus voor rust en stabiliteit in het Rijk. Het bouwprogramma richtte zich niet alleen op grootse bouwwerken ter ere van de goden of de keizer zelf maar juist ook op accommodaties voor het gewone volk. Hiermee maakte de keizer zich bij hen geliefd en groeide de welvaart in de stad. Adema ging in haar verhaal in op de diverse locaties die in het epos aan bod kwamen en behandelde hiermee de zee, de kust en de te stichten stad. Deze locaties benadrukken de moeite die Aeneas heeft moeten doen om zijn stad te stichten om te eindigen bij de macht van Augustus.

Erfenis

De eerder genoemde helden spreken nog steeds tot de verbeelding, zo ook in het veelgeprezen An Odyssey uit 2017 van de Amerikaanse auteur Daniel Mendelsohn. Dit is boek gaat over de verhouding tussen vader en zoon, zoals ook in de Odyssee het geval is en waarbij heden en verleden in elkaars licht kunnen worden gezien. In het boek vraagt Daniels 81-jarige vader hem of of hij de colleges van zijn zoon over de Odyssee mag bijwonen. Hoewel dit een ongebruikelijk en ongemakkelijk verzoek is, stemt hij in. Hier begint niet alleen het verhaal over de prachtige tocht door de klassieke Odyssee, maar ook dat over hun eigen relatie.

Vera Weterings

Gedurende de Week van de Klassieken plaatst Hereditas Nexus extra blogs en boekrecensies over de Oudheid.