Nederlanders en water hebben een eeuwenoude haat-liefde verhouding. In het Zuiderzeemuseum komt deze relatie duidelijk tot uitdrukking met in het buitenmuseum presentaties van ‘Zuiderzeemuseum overspoeld’ ter nagedachtenis aan de watersnoodramp van 1916. Hier kunnen bezoekers het rampgebied betreden in een ‘watersnoodstraat’, er wordt een film getoond over overstromingen wereldwijd en in diverse presentaties is aandacht voor hoe ons land zichzelf beschermt tegen water. Er is echter meer dan deze keerzijde van de medaille. Nederlanders hebben namelijk ook al eeuwenlang een zeer aangename relatie met water: varen, vissen, zwemmen en schaatsen. In de tentoonstelling Wild van water wordt je als bezoeker meegenomen in de wereld van de Nederlandse waterrecreatie.
Die eeuwenoude en alom aanwezige waterpret spat in de tentoonstelling van de werken af en is zichtbaar in werken uit de zeventiende eeuw tot het zeer recente verleden. Schilderkunst, fotografie en videokunst zijn in de tentoonstelling door elkaar geplaatst waardoor de bezoeker wordt uitgenodigd te dwalen door de tentoonstellingszalen. Hoewel er geen strikte volgorde wordt aangehouden, is er wel een duidelijke lijn te ontdekken. Zo is de tentoonstelling in drie thema’s onderverdeeld, te weten Hollandse nuchterheid, poëzie en sensatie.
In het eerste thema Hollandse nuchterheid zijn met name werken uit de zeventiende eeuw tentoongesteld die de nadruk leggen op het observeren van het landschap waarbij te zien is dat de mens trots is op het land. Waar voorheen landschappen vooral onderdeel waren van een mythologische voorstelling, wordt in Nederland het recreëren onderwerp van de kunstwerken. Het waren afbeeldingen om van te genieten, zoals het titelblad bij een serie prenten ‘Playsante lantschappen ende vermakelycke gesichten’ van een van de werken die op de tentoonstelling te zien is al verklapt.
Het tweede thema is poëzie, in dit thema zijn veelal romantische werken en kunstenaars van de Haagse School vertegenwoordigd. In vergelijking met de wat stijve composities uit de zeventiende eeuw zijn de werken al veel zwieriger. Deze periode kent veel gezellige oudhollandse ijstaferelen met koek en zopie en spelende kinderen aan het strand. Dat de thema’s in deze werken ook heden ten dage nog steeds zeer geliefd zijn, bewijst een tentoonstelling van twee jaar geleden in het Dordrechts Museum.
In 2014 liet het Dordrechts museum het publiek kiezen uit een selectie werken uit het depot. Aan de hand van de meest gekozen voorwerpen werd een tentoonstelling samengesteld met drie thema’s: Oog in Oog (portretten), Betoverd door de stad (de stad vanuit oneindig veel perspectieven), Oog voor detail (wie anders kijkt dan anders, ziet ineens veel meer) en Zee, zon en zand (zomerse taferelen en zeegezichten). Opvallend in de top 10 van de meest gekozen werken was dat dit laatste thema het meest populair was: maar liefst vijf werken uit de top 10 vertegenwoordigden dit thema, waaronder de nummer 1: Kinderen der Zee (1911) van Jozef Israëls dat nu ook pronkt in de tentoonstelling in het Zuiderzeemuseum.
De tentoonstelling sluit af met het laatste thema sensatie. In dit thema zijn de meer avant- gardistische kunstenaars vertegenwoordigd en worden de werken steeds abstracter en expressionistischer. Het onderwerp van de kunst gaat steeds meer zoals in de huidige tijd om de individuele ervaring, in dit geval de individuele ervaring met het water, wat verbeeld wordt met snorkelen in de sloot, het eenzame vissen of het intense schaatsen.
Dat kunst een kwestie van smaak is daarover valt niet te twisten. De een houdt van moderne kunst en de ander is van mening dat die categorie geen kunst te noemen is. Op de tentoonstelling is voor ieder wat wils, zo zijn tussen de werken van historische kunstenaars zoals Johan Barthold Jongkind, Andreas Schelfhout, Nicolaas Roosenboom en Charles Leickert ook werken te zien die volgens de moderne traditie in schilderkunst, fotografie en videokunst zijn gemaakt. Het leuke is dat deze combinatie van kunststromingen niet misstaat, hoewel het geheel wellicht klinkt als een ratjetoe is het dat allerminst. De verschillende thema’s vertegenwoordigen kunstwerken uit allerlei perioden, al hebben ze wel degelijk een lijn die de bezoeker zal herkennen. Hierbij zal opvallen dat de eerste zalen met het thema Hollandse nuchterheid veelal oud-Hollandse meesters bevat, het thema poëzie meer romantische werken en het thema sensatie aansluit op de avant-gardistische stijlen van de twintigste eeuw. Toch misstaat het niet om Schaatsers op de Zuiderzee (2010) van Wout Berger (1941) tussen eeuwen oudere kunstwerken te zien. Daarbij zorgt de audiotour die is ingesproken door vier sporters ervoor dat de bezoeker zijn eigen fantasie gaat gebruiken bij het kijken naar de kunstwerken. In de tentoonstelling vertellen cabaretier Klaas van der Eerden (fervent sportvisser) en de bekende sporters Lobke Berkhout (vijfvoudig wereldkampioene zeilen), Nick Driebergen (voormalig Olympisch zwemmer) en Gianni Romme (voormalig Olympisch kampioen langebaanschaatsen en schaatstrainer) over hun plezier met water: hoe werk je met water of geniet je optimaal van water?
Wild van water is een ode aan plezier op, aan en in het water. Het is een tentoonstelling om meerdere malen te bezoeken en stil te staan bij het veelzijdige beeld van de Nederlandse waterrecreatie, voor ieder wat wils: van spelevaren tot het ontwerpen en bouwen van jachten, van ijspret tot zwemmen en van hengelen tot het vormgeven van de landschappen zelf. Iedereen die de tentoonstelling bezoekt, zal het er over eens zijn: in Nederland kun je genieten van water en dat gebeurt al eeuwenlang. In de tentoonstelling wordt op een bijzonder fraaie wijze het plezier met water uitgebeeld, ofwel zoals de zorgvuldig gekozen ondertitel van de tentoonstelling stelt de kunst van genieten. Kortom, komt dat zien!
Vera Weterings
De tentoonstelling Wild van water in het Zuiderzeemuseum is nog tot en met 6 november 2016 te bezoeken.