Recensent: Wouter van Dijk
Zeventig jaar Partij van de Arbeid, Frans Becker en Gerrit Voerman (red.)
Uitgeverij Boom, Amsterdam 2016
ISBN: 9789461055156
Paperback, met afbeeldingen in zwart-wit, noten, bijlagen en personenregister
368 pagina’s
€ 24,90
De geschiedenis van de PvdA, met een blik op de toekomst
Afgelopen jaar bestond Nederlands meest historierijke en grootste sociaaldemocratische partij zeventig jaar. In deze bundel onder redactie van politicoloog Frans Becker en historicus Gerrit Voerman wordt teruggeblikt op de bewogen geschiedenis van de PvdA, de behaalde successen, de doorstane crises én wordt een blik in de toekomst geworpen. De viering van het jubileum vond plaats onder een wat ongelukkig gesternte. Het maatschappelijk debat lijkt meer dan ooit gekaapt door rechtse retoriek en ondanks het onmogelijk te ontkennen falen van de ongebreidelde vrije markt met de bankencrisis van 2008 als hoogtepunt lijkt de neoliberale ideologie nog lang niet op zijn retour. Sterker nog, na het Brexit-referendum en de verkiezing van de notoire leugenaar Trump in de Verenigde Staten lijken de tijden voor een gematigd linkse partij als de PvdA ongunstiger dan ze sinds lang geweest zijn. Of; er valt nog een wereld te winnen, het is maar hoe je het bekijkt.
In de bundel komen vele thema’s aan de orde. Becker en Voerman bijten zelf het spits af met een inleidend artikel over de huidige situatie van de partij in Nederland, en de sociaaldemocratie in bredere zin in West-Europa. Behaalde resultaten blijken geenszins een garantie te zijn voor successen in de toekomst. Integendeel, ondanks de belangrijke, zo niet belangrijkste, rol die sociaaldemocratische partijen in West-Europa na de Tweede Wereldoorlog gespeeld hebben in de opstuwing van het algemene welvaartsniveau onder de bevolking, lijken ze daar weinig tot geen vruchten van te plukken. De vraag is hoe dat komt. Wordt de politieke stroming het slachtoffer van haar eigen succes doordat veel mensen door de gegroeide welvaart buiten de oorspronkelijke achterban zijn komen te staan? Vent de sociaaldemocratie haar visie op politiek en maatschappij onvoldoende uit? Of leven we tegenwoordig simpelweg in individualistischer tijden waarin voor brede, alle lagen van de bevolking omvattende partijen simpelweg geen plaats meer is? Je zou het haast zeggen wanneer je naar alle splinterbewegingen kijkt die met de komende verkiezingen in zicht allemaal hun eigen achterban proberen te paaien. Natuurlijk speelt een combinatie van factoren een rol, en één van die factoren is dat er door de de-ideologisering van de partij in de jaren negentig, de komst van de Paarse kabinetten en daarmee het verdwijnen van de links-rechts tegenstelling ruimte kwam voor een nieuwe tegenstelling; die van anti-establishmentgroepen tegenover ‘de gevestigde machten’.
Een andere reden voor de lastige positie waarin de PvdA zich bevind, is de gespleten achterban zo maken Koole, Den Ridder en Holsteyn in hun bijdrage duidelijk. De partij was al langer afhankelijk van vooral twee groepen; loonarbeiders en de progressieve middenklassen. De eerste groep is overwegend sociaal-conservatief terwijl de andere groep sociaal-progressief is. Dit bijt elkaar in sommige gevallen, en laten dit nu net grote thema’s zijn momenteel. Europese eenwording bijvoorbeeld, de sociaal-progressieven zijn pro-Europa en vinden verdere Europese integratie prima, de sociaal-conservatieven hebben echter veel minder te winnen bij een Europa zoals het nu vormgegeven is en maken liever pas op de plaats met de verdere eenwording. Een ander belangrijk thema is de immigratie, hier hebben veel van de lager opgeleide arbeiders in de achterban last van, terwijl de progressieve hoger opgeleiden hier weinig mee te maken hebben en waarbij het issue veel minder hoog op de agenda staat. Al halverwege de jaren tachtig zag Den Uyl deze tweedeling in de samenleving opdoemen, een simpele term voor in feite een fragmentering van politiek en maatschappij. Hij sprak al over de noodzaak ‘de boel bij elkaar [te] houden’. Ook Cohen maakte daarvan, overigens om allerlei redenen onsuccesvol, zijn verkiezingsthema.
Een ander artikel in de bundel behandelt de geschiedenis va het wethouderssocialisme, met vier grote naoorlogse projecten waarin de PvdA een belangrijke stuwende kracht was; de wederopbouw, de modernisering van de steden, de stadsvernieuwing en de stedelijke ontwikkeling. Volgens auteur Pieter Nieuwenhuijsen heeft de PvdA weer een groot aansprekend project nodig om dit lokale staaltje sociaaldemocratie nieuw leven in te blazen. Andere bijdragen richten zich onder andere op de electorale ontwikkeling van de partij, de geografische spreiding van de aanhang, de overblijfselen van de rode familie via de band met de vakbeweging en de ideologische en programmatische ontwikkeling van de PvdA.
Gerrit Voerman laat in zijn artikel over de PvdA en Europa zien dat de weinig kritische houding van de partij ten opzichte van het Europese project niet bepaald heeft meegeholpen aan de neergaande trend in verkiezingsuitslagen. Er is decennialang te weinig aandacht geweest voor de ontwikkeling van de sociale kant van een verenigd Europa, alle aandacht was op een vrije markt gericht met het idee dat die als heilige graal wel voor de welvaart zou zorgen. Een vermeerderde welvaart kwam er, maar die werd niet gelijk verdeeld en daar plukken we nu allemaal de wrange vruchten van. Nederland is verworden tot belastingparadijs en Poolse en andere Oost-Europese arbeiders komen het werk van Nederlanders doen omdat men niet gehouden is aan een gelijke betaling van sociale premies als bij Nederlanders het geval is. Heel leuk voor ondernemers die gemakkelijk geld willen verdienen en voor louche bureautjes die de Oost-Europeanen hiernaartoe halen en verhuren, maar met rechtvaardigheid en een sterker Europa heeft dit alles helemaal niets te maken. De verdeeldheid en onvrede binnen de Unie groeien alleen maar.
Toch is een terugtrekken achter onze dijken geen optie. Nederland kan niet zonder handel en het laatste wat je dan moet willen zijn tolmuren en invoerheffingen. Isolationisme en protectionisme zijn in de jaren dertig tot in extremis doorgevoerd en het is bekend waar dat toe geleid heeft. Iedereen met een beetje historisch besef van de recente geschiedenis kan zien dat de weg waar de holle retoriek van Trump, Wilders, Le Pen, Farage en de andere huilende wolven in het bos ons naartoe willen leiden een doodlopende is. Pseudohistorici als de Baudets en Bosma’s van deze wereld zouden wat dat betreft beter moeten weten. De idealen en standpunten waar de PvdA voor staat zijn actueler en nodiger dan ooit, maar in het huidige versplinterde politieke landschap heeft de kiezer behoefte aan duidelijkheid. Duidelijkheid in de linkse koers zonder welke de partij haar bestaansrecht op het spel zet, en duidelijkheid in de onverholen afkeer van het egoïsme en cynisme dat partijen als de VVD en PVV tot kern van hun koers hebben verheven. Laat deze bundel daarvoor een inspiratie zijn. De sociaaldemocratie in Nederland kent een mooie geschiedenis, maar heeft een belangrijkere toekomst!
Wouter van Dijk