Recensent: Vera Weterings
De rand van het Rijk. De Romeinen in de Lage Landen, Jona Lendering en Arjen Bosman
Athenaeum-Polak & van Gennep, Amsterdam, 2010, 1e druk
ISBN 978 90 253 672 68
Gebonden
336 pagina’s
€ 34,95
Geschiedenis van de Romeinen in Nederland
De rand van het Rijk. De Romeinen in de Lage Landen is een herziene uitgave van het tien jaar eerder verschenen De randen van de aarde. De Romeinen tussen Schelde en Eems door historicus Jona Lendering. Het grote verschil tussen De randen van de aarde en De rand van het Rijk is dat de laatste een samenwerking is tussen een historicus (Lendering) en een archeoloog: Arjen Bosman. Daarnaast is er sinds 2000 nieuwe kennis over het onderwerp aan het licht gekomen die in de herziende uitgave is verwerkt. Zo had de ontdekking van de stichtingsdatum van Nijmegen gevolgen voor de visie op de oorzaken van de Germaanse Oorlog, lijkt recent onderzoek naar een loodbaar uit Tongeren te bewijzen dat de Romeinen ook na de nederlaag in het Teutoburgerwoud aanwezig waren op de rechter-Rijnoever en heeft recent onderzoek in twijfel getrokken of een houten plankje in Tolsum wel een Romeinse koopakte is, zoals tot dan toe werd gedacht. Verder komt in deze uitgave meer naar voren dat de macht van de Merovingen en Karolingen zijn oorsprong vindt in de ontwikkelingen die in de derde en vierde eeuw plaatsvonden. Wat het boek echter vooral vernieuwend maakt, is de samensmelting van archeologische en historische kennis. Daarnaast zijn een aantal citaten in deze uitgave ook herschreven.
De opbouw van het boek is helder. Zo volgt na een korte inleiding waarin de auteurs uitleggen waarom de Romeinse tijd boeiend en belangrijk is voor de Nederlandse geschiedenis een twaalftal hoofdstukken over de geschiedenis van de Romeinen in het gebied en hun blijvende invloed tot in de tijd van de Merovingen. Deze geschiedenis wordt besproken door middel van citaten uit bronnen, archeologische vondsten, afbeeldingen van archeologisch materiaal, reconstructietekeningen en kaarten, en analyses uit historisch onderzoek. Ook wordt er zo nu en dan een aparte kadertekst geplaatst om over een bepaald onderwerp meer achtergrondinformatie te geven. Dit is het geval bij koning Ambiorix, bij de Romeinse heerweg de Via Belgica en bij de herkomst van antieke plaatsnamen.
Het eerste hoofdstuk is een weerlegging van een aantal vooroordelen die onder de Grieken en Romeinen bestonden over het volk van de Lage Landen. Zo wordt duidelijk dat historische bronnen en archeologisch materiaal elkaar regelmatig tegenspreken. Hierbij staarden de Griekse en Romeinse auteurs zich met name blind op de gedachten dat de Germanen en Galliërs in het gebied wilde barbaren waren. Zij wijzen hier dan ook terecht op het feit dat het negatieve beeld dat de Romeinen probeerden te schetsen van de Germanen en Galliërs meer zegt over de Romeinen zelf dan over de stammen in de Lage Landen. Het is echter spijtig dat Lendering en Bosman deze stelling niet grondiger onderbouwen.
Het boek is zeer gevarieerd en bevat verder hoofdstukken over de verovering van Gallië door Caesar. Hierbij wordt De bello Gallico van Caesar zeer kritisch onder de loep genomen. Ook komt de nederlaag bij het Teutoburgerwoud, de relatie van de Romeinen met de Friezen, de romaniseringspolitiek van verschillende keizers en de opstand van de Bataven aan bod. Ook bevat het boek hoofdstukken over het sociale leven, de kerstening van de Lage Landen en de steeds grotere bedreiging van volken van buitenaf. Het nawoord biedt een prachtig advies voor de historische en archeologische wereld. Zo benadrukken Lendering en Bosman het belang van een nauwere samenwerking van oudhistorici en archeologen. Ze wijzen erop dat historici verouderde historische kennis te veel herhalen, doordat zij te weinig op de hoogte zijn van wat er in de archeologie gebeurt, en andersom.
Hoewel Lendering en Bosman vaak kritische noten plaatsen bij hun verhaal, ontbreekt vaak de wat diepere onderbouwing. Ondanks dit minpuntje wordt de lezer toch op een aantal kritische zaken in het verhaal gewezen en op deze manier gestimuleerd om de informatie op een historisch-kritische manier tot zich te nemen. Zo benadrukken Lendering en Bosman in hun verhaal ook het gebrek aan kennis en bewijsmateriaal, maar wijzen zij er met name op dat dit de historicus of archeoloog niet moet beletten de beschikbare bronnen zo goed mogelijk en kritisch mogelijk te interpreteren. Al met al boek is het een goed leesbaar geheel.
De vlotte manier van schrijven maakt het boek ook erg toegankelijk voor de geïnteresseerde leek die graag een compleet overzicht wil krijgen van de geschiedenis van de Romeinen in Nederland. Zo komen in het boek allerlei aspecten van de Romeinen in het gebied aan bod, van de religie op votiefstenen tot de Bataafse Opstand en van de nieuwe gewassen en diersoorten tot de aanwezigheid van de legioensoldaten. De rand van het Rijk biedt een heerlijk leesbaar verhaal over deze geschiedenis, maar is voor de academicus vaak te oppervlakkig en geeft niet altijd bronannotaties bij uitspraken. Zo wordt in het hoofdstuk over ‘het begin van de romanisering’ gesproken over de volkstelling die werd gehouden door Augustus. Hierbij wordt echter geen bronannotatie gebruikt of specifieke aantallen genoemd, waardoor het verhaal erg oppervlakkig blijft.
Concluderend kan gesteld worden dat De rand van het Rijk een succesvolle herschrijving is van De randen van de aarde. Het boek is vlot geschreven en daardoor goed te lezen. Daarbij biedt het boek inzichten die alleen konden worden bereikt door de samenwerking van een historicus met een archeoloog. Op deze manier geven Lendering en Bosman ook een goed voorbeeld voor het toekomstige historische en archeologische onderzoek. Dit mag van harte worden toegejuicht.
Vera Weterings
Pingback:
Israël verdeeld, Jona Lendering |
Pingback:
Extra recensies tijdens de Romeinenweek |
Pingback:
Edge of Empire, Jona Lendering & Arjen Bosman |
Pingback:
Romeinse sporen, Herman Clerinx |
Pingback:
In moerassen en donkere wouden, Tacitus |
Pingback:
De Friezen, Luit van der Tuuk |
Pingback:
Augustus op het spoor |